Kleppen bewerken

De klep en dan voornamelijk de uitlaatklep, is blootgesteld aan een hoge mechanische en thermische belasting en tevens onderhevig aan de corroderende werking van de verbrandingsproducten. De temperatuur van de uitlaatklep kan oplopen tot 900°! De klep komt ook niet altijd zacht op de zitting terecht! Door metingen op de nokkenas, kunnen wij theoretisch de snelheid bepalen waarop de klep op de zitting terecht komt.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat de klepschotel beschadigd geraakt en opnieuw moet geslepen worden of dat de klepsteel krom getrokken is.
De klepsteel wordt soms hol uitgevoerd en dan voor 2/3 met natrium gevuld. De natriumvulling bevordert de warmte afvoer van de klepschotel naar de klepgeleider. Er is zo ook een gewichtsbesparing.
De klepschotel kan van hoogwaardig staal zijn maar o.a ook van Inconel 751, Nimonic 80A en Ti-6242 . Deze laatste titaanlegering hebben een zeer laag soortelijk gewicht ( 4.5 ) en worden veel gebruikt in race motoren.
De gebruikte brandstof, het toerental, het gebruik van de motor en de kostprijs zijn o.a. bepalende factoren bij de materiaalkeuze.
De klepschotel heeft aan de onderkant een cilindervormig gedeelte dat naar de verbrandingskamer toe lichtjes is afgerond en aan de bovenkant overgaat in het zittingsoppervlak. De klepzittingshoek wordt door de constructeur ook opgegeven ( bv. 45° ).
Eerst gaan we de dikte van de schotel opmeten. Indien blijkt dat ze te dun geworden is, wordt de klep vervangen want dan is het mogelijk dat ze later snel gaat verbranden. Ook de toestand van het zittings-oppervlak wordt bekeken.De dikte van de klepsteel wordt gecontroleerd op slijtage. Indien dit alles binnen de aangegeven tolerantie blijft wordt de klepschotel gezandstraald en daarna geslepen op de juiste hoek en met de juiste oppervlakte eigenschappen. Dit gebeurt in ons kleppenslijpmachine en met de aangepaste steen.